- Happy Moms
Twee jaar aan de borst - Hoe het begon
Dit verhaal is geschreven door Happy Karlijn, lees hier haar bio.
Ons lieve mannetje Phelim is net twee jaar geworden. Als we de avond voor zijn verjaardag de kadootjes inpakken en de woonkamer versieren, denk ik ´Vanaf morgen heb ik geen dreumes meer maar een peuter´. En dus ook een peuter die nog drinkt aan de borst. Dat had ik twee jaar geleden niet kunnen denken. Ik weet nog dat de kraamhulp langs kwam voor een kennismaking toen ik zwanger was en ik op haar vraag of ik borstvoeding wilde geven zei: ´Ja, dat hoop ik wel, maar ik zie het wel. Lukt het dan is dat fijn, lukt het niet, dan niet.´ En nu zijn we dus twee jaar verder.

Vroeger dacht ik bij het geven van borstvoeding aan iets heel ´gewoons en normaals´ en ook als iets dat vanzelf gaat. Toen ik op een voorlichtingsavond van de verloskundigenpraktijk over borstvoeding hoorde dat het normaal is om de eerste tijd 10-12 keer per 24 uur te voeden dacht ik wel even ´Mijn hemel, zo vaak?!´ Het klonk als superveel maar ik liet het maar even over me heen komen. Ik kon me er toch nog niet echt een voorstelling van maken.
Ik voel me dankbaar dat ik Phelim zo lang borstvoeding heb mogen geven. En alhoewel we nog niet aan het afbouwen zijn, denk ik dat we de langste tijd nu wel gehad hebben. Graag deel ik iets van onze belevenissen en ervaringen zodat andere mama´s (to be) daar herkenning, steun of inspiratie uit kunnen halen en zich hopelijk iets minder overweldigd en onzeker voelen dan ik destijds.
Mijn begin - voeden, voeden en nog meer voeden
De kleine man werd bij ons thuis in een opblaasbaar jacuzzi bad geboren. Na onze eerste heerlijke kennismaking gingen we uit bad en werden wij tweetjes op de slaapbank ernaast verzorgd. Daarna werden we even lekker alleen gelaten. Ik lag met onze lieve baby (we hadden zijn naam nog niet gekozen) op mijn borst en mijn geweldige man, die geen minuut van mijn zijde was geweken, zat naast ons. Onze kleine man hapte goed aan. En dat maakte heel wat in mij los. Daar kwamen de eerste tranen. Van geluk, trots en blijdschap maar ook van opluchting dat de bevalling achter de rug was. Lang had ik tegen de bevalling op gezien, totdat ik er uiteindelijk helemaal klaar voor was en er zelfs naar verlangde. Mijn wens om thuis te bevallen was uitgekomen en daar lag ons kleine wondertje, knus in mijn armen.
De eerste keer aanleggen leek prima te gaan. Ik was vooral blij dat er niemand op mijn vingers keek en ik zelf kon ´aanrommelen´. Daarna kwamen de eerste nachten. Ik noem het een regelrechte shock. Dat ik in het begin minder zou slapen had ik wel verwacht. Maar dit viel tegen. Phelim huilde veel, sliep amper en was alleen rustig aan de borst of -gelukkig- op die van zijn papa.
Ik voelde me compleet overweldigd. Ik begon de eerste nacht erg na te trillen van de bevalling en Phelim wilde steeds aan de borst, waardoor ik geen oog dicht deed en me uitgeput voelde. Ik voelde me onzeker en miste een soort houvast, een referentiekader.
Ik vroeg mezelf steeds af: ´Is dit wel normaal? Hoort dit? Gaat dit wel goed?´ Gelukkig hadden we een kanjer van een kraamhulp over de vloer. Ze was zo lief, luisterde oprecht en was een echte aanpakker. Achteraf gezien had ze ook wel wat vreemd advies, maar ik begin graag eerst met haar gouden aanpak.
Ze legde me uit dat Phelim best een flinke baby was en veel honger had, de melk niet gelijk op gang kwam en hij daardoor ontevreden was. Voor mijn gevoel klopte dat wel. Ze vroeg of ik wilde kolven om de melktoevoer sneller op gang te brengen, maar dat wilde ik niet. Het hele circus dat rondom mijn lijf plaats had gevonden voelde al overweldigend genoeg. Toen vroeg ze hoe wij ons erover voelden om na de laatste avondvoeding die Phelim bij mij dronk, een miniflesje te maken om hem ietsje langer tevreden te houden. Dat vond ik prima. Ze reed in haar auto even heen en weer naar huis om ´kant en klaar´ flesjes op te halen. Het werkte goed waardoor ik de nacht kon beginnen met een klein beetje extra slaap. Na een paar weekjes liet hij het flesje staan en kreeg hij alleen nog maar de borst.
Alhoewel ik nu weet wat de eventuele bezwaren van deze aanpak zouden kunnen zijn ben ik zo blij dat ze mij goed heeft aangevoeld en met een fijne tussenoplossing is gekomen. Ik voelde me gesteund en begrepen. Wel gaf ze ook een merkwaardig advies. Namelijk dat het zaak was zo snel mogelijk van de nachtvoedingen af te komen. Dat had hij volgens haar niet nodig aangezien hij een prima gewicht had en onder het motto ´wat je niet aanleert hoef je ook niet af te leren´. Ik zou hem in plaats van de borst een pinkje gaan geven ´s nachts. Dat heb ik denk ik 1 of 2 nachten een beetje geprobeerd tot ik bedacht dat dit niet ging werken. Ik zeg bewust ´een beetje geprobeerd´ want ik had totaal geen kracht om op dat moment ´consequent´ te zijn.
Omdat Phelim ook ontevreden was door deze aanpak, kwam van slapen nog minder terecht. Bovendien begreep ik niet wat het nut was van steeds wakker zijn om een pink te geven in plaats van een voeding. Ik gaf hem daarom, na de pink, alsnog de borst. Waardoor het allemaal nog langer duurde. Afijn, ik heb de hele ´pink-aanpak´ snel van de baan geschoven. En ik gaf hem overdag en ´s nachts lekker de borst wanneer hij maar wilde. Het advies van mijn kraamhulp werd gelijk mijn eerste les in het moederschap. Om, ondanks een andere mening van buitenaf, toch trouw te blijven aan mijn eigen intuïtie en gevoel.
Het werd het begin van maanden en maanden voeden. Vaak voeden. Lang voeden. Aan de borst in slaap vallen. Nachtvoedingen. Kolven op werk. Manlief die liters water, limonade en kopjes thee bracht, mijn mobiel aangaf, mijn bord met eten naast me neerzette. Knusse momentjes. Behandelingen tegen spruw. Talloze midnight snacks omdat ik honger had. De auto aan de kant zetten als de kleine man onderweg honger kreeg. Nodig moeten plassen tijdens een voeding. Me -vooral in het begin - ongemakkelijk voelen bij visite of in het openbaar. Met dekentjes op de bank en in bed. De eerste maanden altijd aan de beurt zijn. Hard werken maar ook heel erg genieten.